Brabants Landschap experimenteert met drones om nesten en kuikens van bedreigde weidevogels op te sporen en beter te beschermen, zo meldt BN DeStem.

Nesten

De drone met de infraroodcamera hangt spiedend boven het grasland jagend naar een prooi. Aan de hand van de beelden wordt Jochem Sloothaak, coördinator soortenbescherming van Brabants Landschap, aangestuurd. Via de mobiele telefoon krijgt hij instructies. Een paar stappen naar voren, een halve meter naar rechts.

Maaimachines

Hij duikt het hoge gras in, en houdt even later triomfantelijk een jonge wulp omhoog. Het kuiken is nauwelijks een week oud en kan nog niet vliegen. Een weerloos prooi voor een aanstormende maaimachine.

Terugzetten

Als Sloothaak het jong terugzet, verdwijnt het snel in het groen.

Wulpenparadijs

Het is half zes in de ochtend als een klein groepje vogelbeschermers zich verzamelt in het buitengebied van Genderen, in het land van Heusden en Altena. Een stuk of tien wulpen vliegen op uit het gras en slaan alarmerende kreten uit. Het gebied staat bekend als een wulpenparadijs.

Drone

Dit was de tweede keer dat Brabants Landschap gaat oefenen met een drone. De onbemande vliegtuigjes moeten het nieuwe wapen worden tegen de jaarlijkse vernietiging van nesten en kuikens door landbouwmachines.

Toekomst

Weidevogelbeschermers hebben een dringende behoefte aan een andere, effectievere aanpak. Bedoeling is dat straks iedere lokale werkgroep over een eigen drone beschikt, zegt de natuurbeheerder, zodat in het broedseizoen nesten en kuikens op tijd worden getraceerd en voorkomen kan worden dat ze massaal sneuvelen.

Infraroodcamera

Rond zes uur stijgt de drone voor de eerste keer op. Sloothaak legt uit hoe het werkt. De infraroodcamera detecteert alleen warmtebronnen. Hij vertelt: "Daarom moesten we zo vroeg ons bed uit. Het is nu nog koud, hoe groter het verschil tussen de koude grond en een warm vogelnest, hoe beter."

Experiment

De beelden van de camera worden gevolgd op een monitor in een busje aan de rand van het weiland. Witte stippen betekenen een temperatuurverschil. Het kan een vogelnest zijn, maar ook een haas of een molshoop. Of zelfs een groot zuringblad. Er is nog een lange weg te gaan. Het project verkeert nog in een experimentele fase.

Software

Peter van den Brandhof, coördinator van het landelijke droneproject, vertelt: "De herkenningssoftware is nog niet nauwkeurig. Het maakt nog geen onderscheid tussen een vogelnest en een molshoop. Dat kost tijd. Het is de bedoeling dat we straks ook het verschil zien tussen een nest van een kievit, een grutto en een scholekster."

Revolutie

Van den Brandhof gelooft zelfs van 'een revolutie in de vogelbescherming'. "Vrijwilligers hoeven minder vaak het veld in om nesten te zoeken. Ze kunnen dan ook geen sporen nalaten voor natuurlijke vijanden, als vossen en kraaien, die daarna de eieren opvreten."

Geen succes

Na een uurtje worden de vogelbeschermers de wei ingestuurd, met de coördinaten die de drone heeft verzameld. Op die locaties zou iets moeten liggen. Dan blijkt al snel hoe weerbarstig de praktijk is. Behalve het ene wulpenkuiken, en een paar hazen, wordt er niets meer gevonden. Toch hangen er wulpenouders in de lucht, die gealarmeerd krijsen. Het gedrag van de vogels zet de groep voor een raadsel. Zitten er nu wel of geen jong? Of heeft het te maken met de isolerende werking van gras, vraagt Van den Brandhof zich hardop af. "Soms zitten de kuikens zo diep weggekropen dat het infrarood er niet bij komt. Ook dat moeten we nog onderzoeken."

Overijssel

Het is niet de eerste keer dat drones in Nederland worden ingezet ten behoeve van weidevogels. In februari van dit jaar werden de onbemande vliegtuigjes van Clear Flight Solutions ingezet in de provincie Overijssel.